Nog een erkenning!

Kortrijk – eigen berichtgeving

Nadat eerst federaal minister van werk, Monica De Coninck (SP.A), de aanvraag tot erkenning van Kortrijk als toeristisch centrum goedkeurde en Vlaams minister van Cultuur, Joke Schauvliege (CD&V), bekendmaakte dat de Belgische frietkotcultuur – een Vlaams cultuurminister die een Belgisch (sic!) cultuurfenomeen erkent….als dat maar niet tot een communautaire splijtzwam uitgroeit! – voortaan wordt erkend als immaterieel cultureel erfgoed, ligt ook de weg voor de erkenning van de Kortrijkse patisseriecultuur breed open. Dat wist Twintigcent Van Quickenborne, burgemeester van de stad Kortrijk, tevens Ridder in de Nationale Orde van de Gulden Puntzak, ons deze middag tussen een zak frieten, een eclair en een tompoes, niet zonder fierheid te melden. Twintigcent Van Quickenborne, die altijd om aandacht loopt te bedelen en geen gelegenheid laat voorbijgaan om die ook te krijgen, voegde er nog aan toe dat ‘het burgerlijke gezemel, de achterklap, de roddel, het gekrakeel, de kwaadsprekerij, de smoezen, de gebakken lucht, het gekonkel en gewauwel in Kortrijk al sinds mensenheugenis van generatie op generatie worden overgedragen dat je bijna zou gewagen dat ze in het Kortrijkse DNA zitten ingebakken. Een mooie traditie die we absoluut niet mogen verloren laten gaan‘, zo besluit hij. Wat de flamboyante Voorzitster van de Kortrijkse Patisseriecultuurraad, Hadewijch van de Riviere, die vroeger gewoon Hedwige Vanderivière heette maar op eenvoudig verzoek van N-VA-schepen Rudolphe Scherpereel haar naam (vrijwillig!) veranderde in Hadewijch van de Riviere, volmondig – uiteraard – beaamt: ‘De patisseriecultuur is lang zo banaal geweest dat er nauwelijks belangstelling voor was’, vertrouwt ze ons toe. ‘Pas dankzij de interesse van buitenlanders zijn we ze gaan waarderen. We moeten er nu ook voor zorgen dat ze blijft bestaan. Om de erkenning te krijgen, moest de vereniging van verkozen kletskoekcultivoren een overtuigend dossier indienen en dus zakten de leden af naar het kabinet van de bevoegde minister, in het bezit van niet minder dan 20.000 handtekeningen. Gezien het uitgebreide netwerk van volgers en achtervolgden van onze Twintigcent en zijn medestanders, wier dagelijks leven zich voornamelijk afspeelt in de virtuele patisseriecultuurfabriek die Twitter eigenlijk is, was dat eigenlijk een fluitje van een cent. Een piece of cake, als het ware.’ Nadat ze eerst nog een mondvol roomsoezen heeft doorgeslikt, vervolgt onze diva met: ‘Ere wie ere toekomt: ik moet toegeven dat we bij de samenstelling van ons erkenningsdossier ook vet veel steun hebben gekregen van ons Maggie. Jaja, ons Maggie De Block. De vetplooien tussen ons zijn sinds haar laatste bezoek (20 juni 2013 , nvdr; zie ook https://perongeluck.wordpress.com/2013/06/20/taarten-noch-kransen/ ) weer helemaal gladgestreken. Eigenlijk was het allemaal de schuld van die lariekoeken van Kortrijk Scheef Bekeken die toen het gerucht de wereld hadden ingestuurd dat alle gebak in Kortrijk zou worden geconfisqueerd naar aanleiding van het bezoek van Maggie (zie: http://kortrijkscheefbekeken.com/2013/06/19/kortrijkse-open-vld-vaardigt-taartenverbod-uit/). In Kortrijkse patisserie- en journalistencultuurkringen, waar men maar al te graag alles voor zoete koek slikt, sloeg dat toen natuurlijk in als een bom. Helaas geen suikerbom. Met alle gevolgen en misverstanden vandien. Maar, zoals gezegd, ondertussen is alles weer koek en ei tussen ons. We hebben Maggie zelfs tot erevoorzitster, ofte moederkoek, van onze patisseriecultuurraad benoemd. De erkenning van Kortrijk als patisseriecultuurhoofdstad van Vlaanderen mag dan misschien vooral symbolisch zijn, het zou toch een mooie bekroning vormen. De kers op de taart.’ Aldus nog een duidelijk geëmotioneerde Hadewijch.

Plaats een reactie

Deze site gebruikt Akismet om spam te bestrijden. Ontdek hoe de data van je reactie verwerkt wordt.